Dag 15: Van Vilalba naar A Poba de Parga, 27 km

Vannacht heb ik goed geslapen, ik had nog wat in te halen denk ik. Toch was ik weer netjes op tijd en na mijn ontbijt bij een bar in de buurt ging ik tegen 8 uur weer op weg. Na een paar straatjes ging het ineens naar beneden waar je over een zandpad loopt in het donker. Ik kwam daar ook de eerste pelgrims weer tegen. Sommigen hadden een lampje dus het was goed te doen.
Het weer was hetzelfde als gistermorgen, een beetje mistig en wat kil. Ook liep ik weer over een pad door bossen en langs weilanden. Soms moest er een weg worden overgestoken. Daar reden niet veel auto’s, maar als er één kwam reed die wel hard. Net na zo’n oversteek zag ik een gedenkplaatje staan bij een Camino paaltje van een vrouw die waarschijnlijk daar is aangereden.
Zo’n kruisjes kom je wel vaker tegen van mensen die tijdens hun tocht overlijden. 
Halverwege Vilalba en Baamonde kwam ik ineens een bar tegen, daar heb ik een koffie gehad met een napolitana, dat is een soort croissantje met chocolade er in. Toen ik weer wilde vertrekken kwam er een aantal andere pelgrims binnen die ik vaker tegengekomen ben.

De zon kwam er om half 11 goed door en het werd meteen warmer. Voordat ik er erg in had was ik in Baamonde en er ook bijna weer uit. Eerst maar wat gegeten daar en nog een stempel gehaald, want nu moet ik er 2 per dag hebben.
Net na Baamonde is de 100 kilometer paal, nog 100 km tot aan Santiago de Compostela.
Na een stukje langs een drukke weg sloeg ik rechtsaf over het spoor en daarna over een oude brug. Ik heb daar een mooie foto van kunnen maken. Er was ook een heel, oude kapel bij, San Alberte.
Dan weer een stuk door een bos langs oude muren op weg naar mijn eindbestemming voor vandaag, A Poba de Parga. De albergue lag een beetje afgelegen en het was even zoeken tussen oude gebouwen. Maar de albergue is een klein paradijs. Een vriendelijke vrouw liet mij alles zien en er is een mooi buitenzitje met een loungebank en mooi uitzicht over het dal.
Vanavond om half 8 kan ik hier eten en morgen ontbijten, dus ik hoef niet weg.
Nu een lekker pilsje en wat pinda’s terwijl mijn was hangt te drogen. Nog 4 wandeldagen te gaan.

Tot morgen.